Naar hoofdinhoud Naar footer

Deel deze pagina via:

Invalidenvoertuig

Met een invalidevoertuig rijdt u zelfstandig over een (middel)lange afstand. U kunt er alleen of samen in zitten, beschut voor de weersomstandigheden. Aanpassen van het voertuig is mogelijk, denk daarbij aan: draaibare stoel voor makkelijk in- en uitstappen, handgaspedaal en een rolstoellift om een rolstoel mee te nemen.

Inhoud

    Inhoud

    Laatst bijgewerkt op: 09-08-2023

    Waarvoor dient een invalidevoertuig?

    Met een invalidenvoertuig kunt u langere afstanden afleggen met een snelheid tot maximaal 45 km per uur. U kunt alleen maar buiten rijden, niet in een winkelcentrum bijvoorbeeld. U komt wel dicht bij de plaats van bestemming en kunt daar dan parkeren.

    Hoe werkt een invalidevoertuig?

    Invalidenvoertuigen lijken op kleine auto’s met een vereenvoudigde bediening. U heeft als chauffeur wel genoeg kracht nodig in armen en handen om het invalidenvoertuig goed te bedienen. Het rijden met dit voertuig vereist dat u een beetje kunt lopen en staan, dat u een redelijke rompbalans (wegzakken) heeft.

    Belangrijk om te weten

    • Voor de wet is een invalidenvoertuig een gehandicaptenvoertuig met motor. Daarom moet u het voertuig verzekeren.
    • U mag bijna overal rijden, behalve op een auto(snelweg). De snelheid hangt af van waar u rijdt: trottoir of voetpad maximaal 6 km/uur, binnen bebouwde kom 30 km, erbuiten 40 en op de rijbaan 45.
    • Informeer naar accessoires en mogelijkheden om voertuigen meer op maat te laten aanpassen, bijvoorbeeld de zitting.

    Productoverzicht

    Alternatieven

    • U kunt er ook voor kiezen om gebruik te maken van andersoortig vervoer. Meer leest u op onze pagina: Tips voor vervoer.
    • Inrij-gehandicaptenvoertuig, u rijdt met uw rolstoel het voertuig in en kunt op weg (zie video).

    Wordt het vergoed?

    Dit hulpmiddel wordt mogelijk vergoed vanuit de Wmo of de Wlz. Controleer dit via de keuzewijzer op de Hulpmiddelenwijzer. Voor een aanvraag via de Wmo gaat u naar uw gemeente, een aanvraag vanuit de Wlz doet u bij het zorgkantoor. 

    Het hulpmiddel wordt mogelijk vergoed vanuit de Participatiewet of de WIA . Voor een aanvraag via de Participatiewet gaat u naar uw gemeente, een aanvraag vanuit de WIA doet u bij het UWV. Gebruik de informatie van de Hulpmiddelenwijzer voor uw aanvraag/gesprek bij uw gemeente of het UWV. Wacht altijd eerst op toestemming van uw gemeente of het UWV voordat u iets aanschaft of verplichtingen aangaat!

    Meer over Participatiewet en WIA

    Hoe te verkrijgen?

    Hulpmiddelen vanuit de WMO

    Uw gemeente is wettelijk verplicht om te onderzoeken of u ondersteuning nodig heeft. Dit wordt vastgesteld tijdens een 'keukentafelgesprek', u heeft hierbij recht op een Onafhankelijke cliëntondersteuning | Onderwerp | Regelhulp - Ministerie van VWS.

    Het keukentafelgesprek gaat over:

    • Wat u zelf kunt.
    • Of en hoe uw omgeving u kan ondersteunen (mantelzorg).
    • Zorg en ondersteuning die u al ontvangt vanuit andere wetten, bijvoorbeeld de Wet langdurige zorg (Wlz).

    Algemene voorwaarden aan het hulpmiddel

    • U moet het hulpmiddel nodig hebben: u krijgt zorg op maat, maar alleen zorg die écht nodig is, niet meer en niet minder.
    • Er is geen ander, goedkoper hulpmiddel dat even goed werkt.
    • Het hulpmiddel moet goed werken, het voldoet “aan de stand van de wetenschap en praktijk”

    Wie bepaalt of beoordeelt dit?

    De gemeente neemt een besluit door rekening te houden met uw wensen en de uitkomst van het keukentafelgesprek. De gemeente komt met een passende ondersteuning zodat u weer veilig kunt wonen en meedoen aan de maatschappij. U ontvangt een voorstel:

    Ondersteuning vanuit algemene voorzieningen (thuiszorg of dagbesteding) en/of maatwerkvoorzieningen, eventueel via een pgb (woningaanpassingen).

    Informatie

    Hulpmiddelen vanuit de Participatiewet en WIA/UWV

    De Participatiewet wordt uitgevoerd door de gemeente. Iedereen die kan werken maar het op de arbeidsmarkt zonder ondersteuning niet redt, valt onder de Participatiewet. De wet moet ervoor zorgen dat meer mensen werk vinden, ook mensen met een arbeidsbeperking.

    De gemeente kan zorgen voor:

    • Aanpassing van uw werkplek. Uw werkgever kan hiervoor een vergoeding aanvragen bij de gemeente. Het kan gaan om ‘niet-meeneembare voorzieningen’ zoals een traplift of deuren die vanzelf opengaan. Het kunnen ook ‘meeneembare voorzieningen’ zijn. Zoals een aangepaste bureaustoel.
    • Vanaf 1 januari 2024 kunnen mensen met een visuele beperking die onder de Participatiewet vallen bij UWV terecht voor speciale hulpmiddelen en werkvoorzieningen, zoals een voorleeshulp.

    Wie bepaalt of beoordeelt het?

    Gemeenten bepalen zelf wat voor hulp zij aanbieden. Hoe de gemeente mensen met een arbeidsbeperking begeleidt naar een baan, ligt vast in de wet en in een gemeentelijke verordening.

    Let op! Vanaf 1 januari 2024 kunnen mensen met een visuele beperking die onder de Participatiewet vallen, bij UWV terecht voor speciale hulpmiddelen en werkvoorzieningen, zoals een voorleeshulp. 

    De WIA wordt uitgevoerd door het UWV. De wet is bedoeld voor mensen die door ziekte of een beperking niet of maar gedeeltelijk kunnen werken. Of hulp nodig hebben bij het volgen van scholing of onderwijs.  Werkplekaanpassingen en hulpmiddelen die nodig zijn om werken of onderwijs volgen (weer) mogelijk te maken, kunnen vergoed worden vanuit de WIA. Dat geldt ook voor diensten, bijvoorbeeld een doventolk of taxikostenvergoeding.

    Wie bepaalt of beoordeelt dit?

    • U kunt een voorziening of hulpmiddel (digitaal) aanvragen bij het UWV, eerst wordt er gekeken of UWV bevoegd is om de voorziening uit te delen. Het kan zijn de voorziening via de gemeente of de zorgverzekering moet lopen. Soms moet de werkgever het middel zelf regelen. Hierover ontvangt u schriftelijk een bericht.
    • Als UWV de voorziening of hulpmiddel mag verstrekken, wordt de aanvraag doorgestuurd naar een arbeidsdeskundige en een verzekeringsarts. Zij beoordelen of u er recht op hebt. Zij stellen vast of uw ziekte of beperking u belemmert bij uw werkzaamheden of bij het volgen van onderwijs. Daarnaast kijken ze of de voorziening of het hulpmiddel ook “passend’ is om uw werk goed te (blijven) doen of onderwijs te kunnen volgen.
    • Binnen 8 weken krijgt u bericht of u in aanmerking komt voor de voorziening. Bij een ja, wordt het bestelproces in gang gezet. Is er een technisch hulpmiddel nodig, dan komen de leverancier én de arbeidsdeskundige langs om de situatie te bekijken. Gaat het om een bureau of bureaustoel op maat dan worden meteen de juiste maten opgemeten.

    Informatie

    Meer informatie

    Vragen of opmerkingen

    De Vilans Hulpmiddelenwijzer verkoopt geen hulpmiddelen. Kijk voor meer informatie op: Waar kan ik het hulpmiddel kopen?

    Heeft u een vraag? Kijk bij de veelgestelde vragen (FAQ's). Staat uw antwoord daar niet bij, dan kunt u ook contactInvalidenvoertuig met ons opnemen.

    Wilt u blijvend betrokken zijn bij de Hulpmiddelenwijzer? Geeft u dan op voor ons Hulpmiddelenwijzer-panel. Uw mening doet ertoe!

    Deel deze pagina via: